Over vroeger schrijven vraagt om verbeelding. In een tijd dat er nog geen elektrisch licht was, las je bij kaarslicht en kookte je op een kolenforuis. Je ging met de kippen op stok en liep naar het werk of je nam de paardentram, de fiets of nog eerder de vélocipède? Telefonie, douches, auto’s, spijkerbroeken zijn heel erg twintigste-eeuws. Dankzij filmepossen als ‘Ben Hur’ en ‘Spartacus’ weten we wel een beetje hoe het eraan toeging aan het Romeinse hof of in de wereld der slaven, ‘Kingdom of Heaven’ geeft een beeld van kruistochten, to name a few. Dankzij kostuumfilms zien we hoe men zich kleedde en wat de omgangsvormen destijds waren.

Van geschiedenis kunnen we veel leren, geschiedenis herhaalt zich om het even. Geschiedenis is boeiend omdat, als je je er een beetje in verdiept, je erachter komt hoe het eraan toeging destijds. Er zijn al een paar eeuwen boeken, de krant werd een bron van informatie en sinds die vanaf 1600 door de Koninklijke bibliotheek grotendeels is gedigitaliseerd weten we ook veel meer over hoe men leefde, aan de hand van advertenties, verslagen van dorpsfeesten, een ongeval, een diefstal en wat dies meer zij.

Tegenwoordig is internet een bron van informatie met beeldmateriaal van hoofddeksels en herenmode, klompen en koetsen, wasvrouwen en wafelbakkers, oude landkaarten en schilderijen met tekst en uitleg. Er zijn ook veel informatieve websites met een onuitputtelijke bron aan historische onderwerpen. Zoals Historiek.net.
Voor mij is het onderzoek, de research, naar vroeger zestig procent van de lol. De omgeving, hoe zag het eruit, wat droeg men, hoe sprak men, enz. Zodra ik interesse heb in een bepaald onderwerp ga ik erover lezen en tracht me een beeld te vormen. Dan is het net alsof je in een boom met veel takken klautert en tussen de bladeren door gluurt naar het landschap. En steeds zijn er weer zijweggetjes met meer en andere informatie.
Voor mijn historische roman ‘De zucht van de Moor’ was ik vooral hongerig naar informatie over de strijd tussen de moren en de christenen en ik raakte geïntrigeerd door de man achter de laatste sultan, Boabdil. Helaas berust veel informatie uit die tijd op legendes. Dat geeft ook veel ruimte voor fictie, want over de sfeer en het leven is genoeg te vinden.
Het onderzoek naar ‘Voor onze tijd, kroniek van een Amsterdamse familie,’ was voor mij een onderdompeling in de vaderlandse geschiedenis van vooral negentiende-eeuws Amsterdam. Ik wilde de wandelgangen van mijn voorouders onderzoeken en ontdekte dat omstreeks 1780, de jongeling David auf der Masch, als Hollandganger en bakkersknecht naar Amsterdam kwam. Vervolgens kon ik aan de hand van geboorte- en sterftecijfers van al zijn nazaten de tijd inkleuren met feiten. Soms was dat als het leggen van een puzzel, met juichmomentjes als je een verrassende ontdekking deed.
Het Volkspaleis was zo’n ontdekking. Een buitenissig on-Nederlands gebouw dat in Amsterdam stond en in 1929 afbrandde. Het Paleis voor Volksvlijt werd het onderwerp van mijn volgende historische roman, ‘Geslepen glas’. Dat nog op de nominatie voor afronden en publicatie staat.
Voor Uitgeverij Historische Verhalen schreef ik twee korte verhalen: In 2021 verscheen ‘Vader van Amsterdam’, een kort verhaal dat over de opening van het Paleis voor Volksvlijt in 1864 gaat en zijn grondlegger, Samuel Sarphati.
Onlangs verscheen ‘De laatste sultan’. Dit verhaal gaat over Boabdil, die in 1492 noodgedwongen en voorgoed zijn dierbaar Alhambra moest verlaten. Leuk detail: het verhaal wordt voorgelezen door Key Tengeler. Er is een podcast met een gesprek met mij over het ontstaan van het verhaal en het schrijfproces.
Eind 2022 zal er bij Historische Verhalen een bundel met oorlogsverhalen verschijnen, naar aanleiding van een wedstrijd, samen met 14 andere verhalen is mijn inzending ‘Sara’ geselecteerd.
In de komende jaren hoop ik meer korte verhalen voor deze uitgeverij te schrijven. Ik heb een paar onderwerpen in gedachten, maar dan ben ik er nog niet. Want wie is mijn (fictieve?) protagonist en wat is zijn/haar conflict en hoe verhoudt de hoofdpersoon zich tot de historische context. Loopt het goed of slecht af of heeft het een verhaal een open einde. Kortom, het is weer puzzeltijd en dat is leuk.